Als je kijkt naar de afbeelding, zie je allemaal benamingen om twee verschillende delen, ook wel registers genoemd, van je zangstem weer te geven. Een register kun je definiëren als:
“Een serie opeenvolgende gelijkluidende tonen van laag naar hoog (of andersom), die worden voortgebracht door eenzelfde mechanisme.” (door dezelfde spieren dus)
Aldus Manuel Garcia, een beroemde zangpedagoog uit de 19e eeuw.
Deze definitie wordt heden ten dage door veel zangpedagogen gedeeld, maar hoeveel registers er zijn, hoe deze worden ingedeeld en hoe ze worden genoemd, daar is veel onenigheid over.
Waar men het wel over eens is, is dat er minstens twee registers zijn: één waarmee je lagere tonen zingt en één voor de hogere tonen. Voor deze twee registers gebruik je verschillende spieren in je strottenhoofd.
Simpelweg gezegd staan de woorden uit de linkerrij van de afbeelding voor je lage zangstem. Dit is de toonhoogte waarop je spreekt. Wanneer je zingt op deze hoogte, komt de volledige massa van je stemplooien tegen elkaar aan. Hiermee kun je gemakkelijk volume maken. Veel zangers zingen van nature vooral in dit register.
De woorden uit de rechterrij staan voor het hogere deel van je zangstem. Dit register gebruik je als je bijvoorbeeld een klein kind aanspreekt en wanneer je hoge noten zingt. Wanneer je op deze hoogte zingt, trilt slechts een deel van de massa van je stemplooien, doordat je hiervoor andere spieren gebruikt en je strottenhoofd iets wordt gekanteld. Hierdoor is volume maken wat moeilijker. Dit deel van de stem is bij veel zangers wat minder goed ontwikkeld.
Meestal kun je de overgang tussen het lage en het hoge register (ik noem ze voor het gemak maar even borststem en kopstem) horen. Soms is er sprake van een breukje: er klinkt dan tijdelijk geen geluid. Soms hoor je alleen een verschil in volume en in helderheid.
Als zanger wil je vaak de overgang tussen deze registers qua klankkleur en volume zo klein mogelijk houden, zodat jouw stem over de hele linie nagenoeg hetzelfde klinkt. Dit kun je trainen!
Wil jij ook het klankverschil tussen je borst- en kopstem verkleinen? Probeer dan eens onderstaande oefeningen:
1. Begin met dalende glijtonen vanuit de hoogte op de klinker -ie of -e. Zing deze licht en langzaam. Let erop dat alle tonen hetzelfde klinken.
2. Zing dan dalende losse noten vanuit hoogte, steeds een toon lager (je gaat dus in de oefening over op je borststem). Laat alle tonen zoveel mogelijk hetzelfde klinken: helder en licht.
Wanneer dit goed gaat, kun je stijgende glijtonen/ loopjes doen: wederom licht, helder en langzaam.
Heb je dit onder controle, dan kun je volume gaan toevoegen.
Weet dat het altijd verstandig is om het trainen van je borststem en je kopstem in samenwerking met een zangdocent te doen!